‘Iedereen kent Ria Kee Holkamp. Wanneer ik vraag om donaties voor het goede doel, dan willen ondernemers uit Krommenie en Assendelft me altijd sponsoren. Ik krijg nooit een nee en vaak de vraag: Hoeveel heb je nodig?’
Ria Kee Holkamp uit Krommenie is een bekende Zaanse vrijwilliger. Via de Samenloop voor Hoop: 24 uur op de baan en een hardloopgroep zamelt ze geld in voor onderzoek naar kanker en Anna’s Huis. Sinds de coronacrisis heeft ze een nieuw doel, namelijk de bewoners en medewerkers van het verpleeghuis en verzorgingshuis Rosariumhorst in Krommenie laten voelen dat ze niet alleen zijn.
2021 is het jaar van de vrijwillige inzet. Op deze website lees je de verhalen van Zaanse vrijwilligers die Zaanstad sterker, liever, mooier en socialer maken.
Wat heb jij met het Rosariumhorst?
Ria Kee Holkamp: ‘Mijn vader woonde in het Rosariumhorst, en mijn schoonmoeder. Omdat ik er niet meer heen zou gaan na hun overlijden, wilde ik afscheid nemen. Die avond kwam ik een vrouw tegen die mijn hand pakte. Ze was de weg kwijt. Ik vroeg aan het personeel waar haar kamer was en bood aan om haar even te brengen. De vrouw was heel aardig. Ik heb dertig jaar in een modezaak in Krommenie gewerkt, veel dames ken ik daarvan, zo ook haar. Toen ik op een zaterdagochtend de vrouw gedag wilde zeggen, liep ze samen met de buurvrouw van mijn zoon. Ze vertelde dat het haar moeder was en dat ze een loopmaatje voor haar zocht. Ik ben daarna twee jaar mantelzorger geweest voor een toen nog vreemde vrouw, die daarna een vriendin is geworden.’
Zeker wanneer iemand nog niet sterk aan het dementeren is, dan kun je veel van haar leren.’
Waarom ben je in actie gekomen?
‘Bij de eerste lockdown aan het begin van de coronacrisis hield het me erg bezig wat dit betekende voor de bewoners van de Rosariumhorst. Het is zo’n mooi verzorgingshuis. Hier werkt heel lief en attent personeel. Ze zijn zo betrokken bij de bewoners. Tijdens de lockdown zetten de meiden krullen bij de bewoners en verzorgen de nagels, omdat de kapper en manicure niet konden komen. Ze hebben het hartstikke zwaar en doen dit gewoon erbij. Ik ken er zoveel mensen, daar moet ik iets mee doen. De mensen zijn opgesloten en kunnen geen kant op. Er werden concerten op straat gegeven, dat was mooi. Maar er was niets tastbaar. Ik heb mensen gevraagd om kaarten te sturen zodat verzorgers die konden ophangen aan een lint op de gangen. Dat liep als een trein. Nog steeds worden er af en toe kaarten gestuurd, die ook op de kamers worden verspreid. Zo kleurt het overal gezellig. De bakker leverde honderd gebakjes voor de bewoners en veertig voor de verzorgers.
Verder kreeg ik honderd gehaakte hartjes. Die heb ik aan paastakken gehangen. Van iedereen kreeg ik wat, zo kreeg ik van de banketbakker brood en gebak. De slager kwam met worst voor 140 personen, vacuümverpakt zodat de bewoners iets lekkers hadden bij de borrel op zondag. Van de kaasboer kreeg ik kaas om stukjes van te maken. De bakker heeft inmiddels al drie keer gesponsord. Drukkerij Stuba belde dat ze 60 pakketten willen leveren zodat de bewoners kunnen knutselen en handwerken.’
Ook als mensen dementeren, kunnen ze soms nog veel. Dan is handarbeid heel fijn.’
Hoe ervaren de mensen van Rosariumhorst de acties?
Ans Offerhaus is receptionist bij Rosariumhorst: ‘Wanneer we Ria zien aankomen, dan krijgt ze een warm welkom. We vinden het geweldig wat ze voor onze bewoners en verzorgers doet. We zijn haar heel dankbaar. De bewoners vertellen iedere keer weer hoe fantastisch ze het vinden.
Ze stralen vanwege de aandacht die ze krijgen, of het nu om kaarten, bloemen of iets lekkers gaat.
We doen ons werk heel voorzichtig en zijn extra zorgzaam in deze moeilijke tijd. We geven de bewoners zoveel mogelijk aandacht, zo doen we spelletjes en bingo op afstand en ze gymmen met elkaar. Tijdens de muziekconcerten vorig jaar stond iedereen op het balkon te zwaaien en dansen, dat was geweldig. Jammer genoeg mag dat niet meer.’
Je zegt het met bloemen
David en Sonja van Hogerhoff bloemen en planten hebben een bloemenstal aan de Heiligeweg in Krommenie. Zij geven inmiddels voor de derde keer grote bossen bloemen aan Rosariumhorst voor de koffiekamers. ‘Door corona zijn mensen letterlijk opgesloten, zeker met de laatste lockdown is dit schrijnend. Ik heb het een aantal jaar geleden zelf financieel ook erg moeilijk gehad. Iedereen gun ik het beste. Daarom geef ik af en toe ook aan klanten die het niet ruim hebben een bloemetje. Ze komen regelmatig bij me, dan is het ook fijn om af en toe iets te geven.
Je geeft bloemen met je hart, zo is het.
Omdat de stal aan de weg staat komen hier vaak ouderen – die op zichzelf wonen – even een praatje maken. Ze hebben dan hun loopje en door bloemen te kopen, zijn ze er even uit. Het is hier af en toe net een buurthuis,’ lacht David. ‘Even een luisterend oor bieden, daar houden we van. Dat zouden meer mensen kunnen doen, even elkaar aandacht geven.
Bij de eerste lockdown werden er veel tulpen gekocht die mensen aan hun buurtjes gaven. Zo hoort het. Saamhorigheid, om elkaar geven, dat is heel belangrijk. Ook dat zouden meer mensen kunnen doen. Ik gaf ook regelmatig bloemen die ik overheb aan verzorgingshuis De Rietvelden in Wormerveer. Duifje Weeland kwam ze ophalen en maakte vaak in haar vrije tijd met de bewoners boeketten voor op de tafels. Zo hebben de bewoners ook een leuke middag. Hoe mooi is dat? Helaas is Duifje niet meer werkzaam bij De Rietvelden. Zij verdient wel een grote pluim.’
Waarom doen jullie dit?
Ria Kee Holkamp: ‘De acties zet ik steeds op Facebook, zo krijgen de ondernemers ook een beetje reclame. Voor de ondernemers zijn de bewoners van Rosariumhorst vaak hun (oude) klanten.
Zo laten ze weten: We zijn u niet vergeten.
De bloemist heeft inmiddels al drie keer mooie grote bossen bloemen geleverd voor in de huiskamers en op de balie. Dat ziet er zo mooi uit, zo ben je weer verbonden met buiten.
We laten zo merken dat we aan ze denken.
Ook hebben we 140 pakketjes met verzorgingsproducten van Etos uitgedeeld, ook voor de verzorgers. We hebben daar een groot hart van gemaakt. Vrijwilligerswerk is een belangrijk onderdeel van mijn leven, daar krijg ik energie van. Ik wil blije gezichten zien.
Ik mag nu niet naar binnen. Maar als het weer kan, dan ga ik zeker weer bezoekjes afleggen.’