Jongeren willen geen vragen van ouders

Ik heb ogen, oren, handen en voeten nodig. Dit kan ik niet alleen.

Eerder vertelde Miriam de Boer over de nieuwe jongerenruimte Next Level Chill Academy in de voormalige Menebafabriek in Wormerveer. Met wijkmanager Monica Briefjes en jongerenwerker Michelle Kreeft is Miriam gaan brainstormen wat er mogelijk is. Hieronder beschrijft ze hoe ze het met samen met jongerenwerkers en vrijwilligers voor elkaar krijgt.

Je versterkt elkaar.

 

Jongerenwerkers Naomi Albrecht en Michelle Kreeft (die inmiddels is gestopt als jongerenwerker en nu haar eigen bedrijf heeft)

Te druk, dan grijpen we in

Miriam de Boer: ‘Toen ik het idee voor een jongerenruimte presenteerde bij het sociaal wijkteam wist ik natuurlijk wel dat ik dit niet alleen kon doen. Zelf geef ik beneden les, dus er moet wel iemand boven zijn om iets te ondernemen wanneer de jongeren te druk worden. Dan gaan we een spel doen, kaarten of we gaan beneden even iets makkelijks dansen op muziek die zij leuk vinden. De telefoons gaan dan niet mee, er mag niet gefilmd worden. Darten is heel populair. Van PDZ Uitzendbureau heb ik een dartboard gekregen. En er staan veel andere spelen klaar. Het werkt omdat ik vijf dagen per week open ben van 15 tot 20 uur. Op vrijdagavond is er af en toe een feestje. Dan hebben we een vuurkorf op het terras en dan is er muziek en dans. Het is geweldig als je dan de meiden aan ziet komen met een mooie jurk en tasje en hun haar gedaan en dat daarna de eerste stelletjes ontstaan.’

Vrijwilligers gezocht

‘Laatst zei een meisje dat de oudere man hen niet zag. Dat is dus mijn vader die dan een boek leest. Maar hij ziet natuurlijk wel van alles, als er een volwassene is dan is het toch een stuk rustiger. Daarom zijn we nog wel op zoek naar vrijwilligers. Een moeder komt hier bijvoorbeeld werken, dan is er toch een volwassene. Je kunt het ook mooi gebruiken om je cv op te poetsen als je tijd over hebt.’

Michelle Kreeft, Miriam de Boer en Naomi Albrecht

Fijne plek, ook voor jongerenwerkers

Jongerenwerker Michelle Kreeft: ‘Wanneer je op straat contact maakt met jongeren dan weet je nooit zeker of en waar je ze opnieuw tegenkomt. Het is dan heel moeilijk om een band op te bouwen. We kregen een keer een melding van een vrouw over overlast van jongeren die aan het voetballen waren op een veldje. Ik ben toen op ze afgestapt en heb ze doorverwezen naar de nieuwe jongerenruimte. Dit was direct een succes.

Veel jongeren nemen weer iemand anders mee. Dit is een veilige ontmoetingsruimte. Het is hier veel makkelijker om meer te weten te komen zodat je eventueel een advies kunt geven of kunt ingrijpen bij problemen. Wij kennen zoveel organisaties die hen kunnen helpen. Dit geeft veel energie en is top!’

Niet teveel vragen

De jongerenwerkers komen hier iedere dinsdag. Naomi Albrecht:‘ Soms kom ik ook op een andere dag voor een uurtje en als er iets is waar ik op kan inspelen, dan blijf ik langer.

Vaak hoor ik “Ouders mogen niets weten, want dan gaan ze veel vragen stellen, zich overal mee bemoeien en hun mening geven.” Met ons voeren ze wel het gesprek zodat je een beetje kunt sturen zonder een oordeel te geven. Dat is heel waardevol.

Ik kan me nog goed herinneren toen ik puber was dat problemen in mijn hoofd heel groot konden worden als ik er niet over sprak. Wanneer jongeren het nu met ons bespreken dan kun je ze geruststellen dat het wel goed komt en vertellen dat ze niet de enige zijn. Jongeren laten ouders niet zien wat ze bezighoudt, ze vertellen gewoon niets.

Het is heel fijn om van waarde te kunnen zijn voor hen.

Ik had verwacht dat ze veel meer met hun telefoon bezig zouden zijn. Dat is niet het geval. Maar natuurlijk is het ook prima als ze op de bank hangen. Je ziet dat ze hier vaak in gesprek gaan met elkaar. Dat is echt een eyeopener. Het is goed dat ze hier graag willen zijn zodat ze niet op een plek zijn waar ze in aanraking komen met drugs.’

Geen illusies

‘We hebben niet de illusie dat de jongeren zo geen drugs of alcohol gebruiken. Die intentie hebben we ook niet. Wel kunnen we hier de signalen opvangen en zien hoe het met iemand gaat. Bijvoorbeeld of een jongere gepest wordt of moeite heeft met de scheiding van de ouders, of als je merkt dat iemand zich niet realiseert wat de gevolgen zijn van drugsgebruik. Daar kunnen we als jongerenwerkers iets mee.

Ik wil dat ze weten wat drugs en alcohol met ze te doet. Celeste van de Brijderstichting komt wel eens langs. Dan doen we een drugsquiz zodat de jongeren inzicht krijgen wat de gevolgen kunnen zijn. Bij een gesprek over racisme kan een volwassene helpen om naar elkaar te luisteren. Anders kan het al snel escaleren. Jongeren zien en horen overal dat anderen wapens bij zich zouden kunnen hebben. Daar zijn ze dan ook bang voor. We bespreken dan waarom het gevaarlijk is om een wapen bij je te hebben. Zo kun je hopelijk ook incidenten voorkomen. Dat soort zaken bespreken ze niet met hun ouder(s).’

Het speelse werkt

‘Je vangt regelmatig iets op. Het vertrouwen opbouwen duurt lang. Maar met een algemeen gesprekje kun je al een zaadje planten zodat ze weten dat als ze iets naars meemaken ze het gesprek met ons kunnen voeren. Wij oordelen niet. Ze hoeven niet het achterste van hun tong te laten zien. Het gaat hier om meer dan om sport en tafeltennis. We willen hen versterken in een gezond leven en met emotionele zaken. Het is erg leuk dat ze hier ook hun liefdeszaken delen en vragen stellen. Hier ontvang je ook de jongeren die anders thuis zouden zitten. Er is veel eenzaamheid onder jongeren. Nu is er een ruimte waar ze iets gezelligs kunnen doen en het contact met elkaar kunnen hebben, ook voor jongeren voor wie dat was moeilijker ligt. Vooral het speelse werkt goed, en dat het gezellig is.’ 

Miriam de Boer en jongerenwerkers Michelle Kreeft en Naomi Albrecht