‘Gaan we nog schaatsen?’ ‘Wat denk jezelf?’
‘In Westzaan is “het dorpse” heel belangrijk. Wanneer je actief bent voor de ijsclub dan doe je ook iets voor een sportclub, dorpshuis de Kwaker en de Historische vereniging.’
Sociaal bewogen Antoon Kuiper is de voorzitter van de burger ijsclub Lambert Melisz en het schaatsmuseum. Ik ben nu 80 jaar. Als geboren en getoger Westzaner heb ik me altijd ingezet voor het dorp. Op mijn zestiende begon ik als vrijwilliger bij VVV Westzaan, later werd ik daar jeugdvoorzitter. Wanneer je actief bent, dan kent iedereen je en heeft respect voor je. Als ik iets vraag, dan willen mensen graag meehelpen.’
Lambert Melisz 1574
Lambert Melisz verwijst naar een beroemd voorval in de Tachtigjarige oorlog. Op 19 februari 1574 veroverden de Spaanse overheersers Krommeniedijk en waren ze op weg naar Westzaan. Bewoners sloegen op 20 februari massaal op de vlucht, zo ook Lambert Melisz die op schaatsen zijn moeder op een berrie(slee) over het ijs naar Hoorn bracht om haar in veiligheid te brengen. De Spanjaarden haalden hem in en waren zo onder de indruk van deze moederliefde dat ze hem lieten gaan. ‘We hebben een keer een fietstocht gemaakt vanaf de ijsclub naar de Lambert Meliszstraat in Hoorn. Daar hebben ze in het Westfriesmuseum de gebeurtenis vereeuwigd’.
Burger IJsclub Lambert Melisz
In 1907 werd de ijsclub Lambert Melisz opgericht door twee industriëlen. ‘Rothout, de houthandelaar die later de letter e erbij kocht en doorging onder de naam Houthandel Rote, en de sleepdienst/houthandel Wijtekamp waren de oprichters. In die tijd waren de winters zo streng dat er geen werk was voor de mannen. Op de ijsclub konden hun werknemers de banen vegen en de weg ijsvrij houden van Westzaan naar Zaandam.
Altijd ijs of niet?
‘We denken vaak dat er vroeger altijd ijs lag in de winter. Dat was zeker niet het geval. Zo hebben we in het Schaatsmuseum een boekje met de verhalen van de heer Grootes. Hij was directeur van de chocoladefabriek en uitvinder van de Koekjesreep. Grootes was gek op schaatsen, zo reed hij ook een Elfstedentocht. Hij deed verslag van de ijswinters. Zo noteerde hij lange periodes dat er geen ijs was. In mijn herinnering was het vroeger vaak heel koud, maar dat betekende niet dat je kon schaatsen.
1963 kende bijvoorbeeld een heel strenge winter. Van december 1928 tot maart 1929 was de langste periode van ijs tijdens de geschiedenis van de ijsclub. De precieze data weten we niet, wel dat Grootes noteerde dat er op 7 februari 2029 een pak ijs lag van wel 20 cm dik. Hierop reden paardenkarren en arrensleeën zelfs over het IJsselmeer. Bij de ijsclub werd een kortebaan wedstrijd gereden van 160 meter. De winnaar kreeg honderd gulden, dat was een vermogen toentertijd.’
Chocolademelk met slagroom
In het verleden had Westzaan twee ijsclubs. ‘De vereniging in Westzaan Noord had geen eigen ijsbaan. De ijsclub zorgde voor licht op de sloten. Een tekort aan vrijwilligers en het failliet gaan van de happetap betekende het einde.’
Vanaf 1946 is de ijsbaan van Lamert Melisz zo groot als een voetbalveld. Met ijs komen mensen overal vandaan om vanuit hier de polder in te schaatsen of om een stop te maken bij de ijsclub met de legendarische warme chocolade en slagroom.
‘Afgelopen winter hadden we anderhalve dag ijs. Het is dan zo druk en gezellig. Het is een groot feest. Er kwamen honderden scholieren uit Zaandam hier naartoe schaatsen. En er waren zelfs ouders met kinderwagens op het ijs.’
Komt er nog ijs?
‘Op 15 november laten we de ijsbaan onder water lopen. In maart loopt het water er weer af. Dan komen de schapen die het gras kort houden. Twee keer per jaar maait de boer het voor hooi.
Tegenwoordig mag je blij zijn als je twee dagen ijs hebt. Als het zo doorgaat, dan heb ik er een hard hoofd in wanneer we weer kunnen schaatsen. Een gezegde onder schaatsers is dat de Elfstedentocht steeds dichterbij komt, omdat het toch een keer kan gebeuren. We hopen er natuurlijk wel allemaal op. In de Zaanstreek zijn nog zes ijsclubs met heel veel leden. Assendelft overweegt om een skeelerbaan te maken die ze met ijs onder water kunnen zetten.’
IJsclub blijft populair
‘Wij hebben 750 leden, dat is best veel! Mensen blijven lid omdat ze het te leuk vinden. Gedurende het jaar hebben we zo’n zes tot zeven vrijwilligers die het onderhoud plegen en actief zijn. Wanneer er ijs ligt dan barst het van de vrijwilligers en wil iedereen wel helpen. Iedere twee weken is er klaverjassen in de kantine, dat is heel populair. Af en toe is er bingo en op de Dag van Westzaan is er rommelmarkt. Je komt dan zoveel bekenden tegen. De kantine is een oud schoolgebouw dat is overgeplaatst. Hier kunnen Westzaners ook feestjes geven. Zo krijgt de ijsclub ook inkomsten.’
Lees ook deel 2 over het Schaatsmuseum in Westzaan.